Aansprakelijkheid voor verborgen gebreken: twee jaar of vijf jaar?

Geplaatst op 17 feb 2010

Aansprakelijkheid voor verborgen gebreken: twee jaar of vijf jaar?

Met enige regelmaat stelt een aannemer aan (één van) de advocaten van Heijltjes Advocaten de vraag of het klopt dat de aansprakelijkheid voor verborgen gebreken enkele jaren geleden is teruggebracht tot een periode van twee jaar, in plaats van een periode van vijf jaar die wij kennen uit de UAV 1989 en de AVA 1992.

Het antwoord daarop is dat in sommige gevallen inderdaad sprake is van een verjaringstermijn van twee jaar, maar dat heeft niets te maken met de termijn van vijf jaar van aansprakelijkheid voor verborgen gebreken. Hoe het precies zit wordt hieronder als volgt toegelicht.

De aansprakelijkheidstermijn van vijf jaar is opgenomen in paragraaf 12 lid 4 UAV 1989 en artikel 10 lid 2 van de AVA 1992. In beide gevallen gaat het om de zogenaamde verborgen gebreken. De termijn gaat in na de oplevering of, indien een onderhoudstermijn is overeen gekomen, na het verstrijken van de onderhoudstermijn (de onderhoudstermijn in de UAV 1989 is optioneel; in de AVA 1992 is een standaard onderhoudstermijn opgenomen van 30 dagen).

Enige precisie is wel op zijn plaats: letterlijk bevatten de genoemde bepalingen de tekst dat rechtsvorderingen uit hoofde van verborgen gebreken niet ontvankelijk zijn, indien zij worden ingesteld na verloop van vijf jaar na oplevering c.q. onderhoudstermijn. De nauwkeurige lezer ziet direct dat het gaat om een vervaltermijn van rechtsvorderingen.

Dit betekent concreet dat wanneer er niet binnen vijf jaar na oplevering terzake van een verborgen gebrek een rechtsvordering wordt ingesteld (een procedure wordt gestart), het recht daartoe is komen te vervallen.

Deze termijn kan niet worden gestuit; indien een opdrachtgever wel weet heeft van een verborgen gebrek, maar nog niet zeker weet of dat de aannemer te verwijten valt, dan kan hij er wel voor kiezen om zekerheidshalve een pro formaprocedure aanhangig te maken.

Anders ligt het echter met de wettelijke verjaringstermijn van twee jaar. Deze termijn geldt sinds 1 september 2003, de datum waarop de nieuwe bepalingen in het Burgerlijk Wetboek zijn ingevoerd. De desbetreffende bepaling (artikel 7:761 lid 1 BW) houdt in dat een rechtsvordering wegens een gebrek in het opgeleverde werk verjaart door verloop van twee jaren nadat de opdrachtgever terzake heeft geprotesteerd.

Hieruit volgt dat het niet hoeft te gaan om verborgen gebreken, het kan ook gaan om andere dan verborgen gebreken. De verjaringstermijn is hier gekoppeld aan het moment waarop een opdrachtgever heeft geprotesteerd. Vanaf die datum gaat de verjaringstermijn lopen.

Dat betekent concreet dat wanneer een opdrachtgever twee jaar na oplevering bij de aannemer klaagt over een gebrek en vervolgens ruim twee jaar wacht met het instellen van een rechtsvordering, de desbetreffende vordering verjaard is, zulks ongeacht het feit dat de rechtsvordering dus nog wel binnen de (verborgen gebreken-)termijn van vijf jaar na oplevering is ingesteld! In dit geval is de aannemer dus eerder bevrijd van zijn eventuele verplichting het gebrek te herstellen.

Opmerking verdient wel dat een verjaringstermijn kan worden gestuit. Stuiting kan door middel van verzending van een aangetekende brief of deurwaardersexploit of, in het algemeen, door een schriftelijke mededeling waaruit ondubbelzinnig blijkt dat de opdrachtgever zich zijn recht op nakoming voorbehoudt.

In zijn algemeenheid is het dus niet zo dat de aansprakelijkheid van de aannemer verkort is van vijf jaar naar twee jaar, wel is het zo dat wanneer een opdrachtgever twee jaar wacht na het moment waarop hij geklaagd heeft, in een juridische procedure de conclusie is dat zijn recht om iets van de aannemer te vorderen op dat desbetreffende punt, verjaard is.

Vervaltermijnen en verjaringstermijnen zijn in het recht belangrijke factoren. De toepasselijkheid van het een en/of het ander moet iedere keer nauwgezet aan de hand van de feiten van de desbetreffende zaak worden onderzocht. Bovendien zijn er altijd uitzonderingen op beginselen denkbaar. Raadpleeg in gevallen als deze een (bij voorkeur in bouwrecht) gespecialiseerde advocaat.

Nadere informatie over dit onderwerp kunt u inwinnen bij Heijltjes Advocaten.

Telefoon: 024-322 22 55

Terug naar het nieuwsoverzicht